Hadith Bukhari
Volume 5, Boek 57, Nummer 83:
Overgeleverd door Ibn 'Umar (radya Allaahu 'anhum):
Als iemand een droom had gehad tijdens het leven van de Profeet (sallalahu 'alayhi wa sallam) dan zou hij het verhalen aan de Profeet. Een keer wenste ik om een droom te zien en om het dan te verhalen aan de Profeet. Ik was jong en ongetrouwd, en ik sliep meestal in de Moskee tijdens het leven van de Profeet (sallalahu 'alayhi wa sallam).
Ik had gedroomd over twee engelen die me vastpakten en meenamen richting het hellevuur dat eruit zag als een put met daarbinnen opgebouwde muren, en het had tweezijdige muren zoals dat van een put. Daar zag ik een paar mensen die ik kende. Ik begon te zeggen: "Ik zoek toevlucht bij Allaah tegen het hellevuur, Ik zoek toevlucht bij Allaah tegen het hellevuur." Toen een andere engel de andere twee ontmoette zei hij tegen mij: "Wees niet bang."
Ik overleverde mijn droom aan Hafsa (radya Allahu 'anha), en zij verhaalde het weer aan de Profeet (sallalahu 'alayhi wa sallam). Hij zei, "Wat een uitstekende man is 'Abdullaah, als hij alleen zijn nachtgebed maar onderhoudt."
Salim, een suboverleveraar, zei: "'Abdullaah sliep daarna weinig in de nachten."
Volume 5, Boek 57, Nummer 83:
Overgeleverd door Ibn 'Umar (radya Allaahu 'anhum):
Als iemand een droom had gehad tijdens het leven van de Profeet (sallalahu 'alayhi wa sallam) dan zou hij het verhalen aan de Profeet. Een keer wenste ik om een droom te zien en om het dan te verhalen aan de Profeet. Ik was jong en ongetrouwd, en ik sliep meestal in de Moskee tijdens het leven van de Profeet (sallalahu 'alayhi wa sallam).
Ik had gedroomd over twee engelen die me vastpakten en meenamen richting het hellevuur dat eruit zag als een put met daarbinnen opgebouwde muren, en het had tweezijdige muren zoals dat van een put. Daar zag ik een paar mensen die ik kende. Ik begon te zeggen: "Ik zoek toevlucht bij Allaah tegen het hellevuur, Ik zoek toevlucht bij Allaah tegen het hellevuur." Toen een andere engel de andere twee ontmoette zei hij tegen mij: "Wees niet bang."
Ik overleverde mijn droom aan Hafsa (radya Allahu 'anha), en zij verhaalde het weer aan de Profeet (sallalahu 'alayhi wa sallam). Hij zei, "Wat een uitstekende man is 'Abdullaah, als hij alleen zijn nachtgebed maar onderhoudt."
Salim, een suboverleveraar, zei: "'Abdullaah sliep daarna weinig in de nachten."