De Acceptatie van Goede Daden

bilal 5

Junior Member
Voordat een Moslim nog een stap voorwaarts zet, of enige handeling of daad verricht, is hij verplicht om kennis op te doen op de weg, dat hem zal leiden naar het beste resultaat, (en) dat is, de acceptatie van zijn goede daden door Allaah, indien Allaah dat wil. Het is belangrijk om op te merken, dat wat telt, niet het aantal goede daden of daden van aanbidding zijn, die zijn verricht, omdat er een persoon zou kunnen zijn, die vele goede daden verricht, maar dat het hem echter alleen moeheid in dit leven en moeilijkheden in het Laaste leven oplevert. De Boodschapper van Allaah zei (in vertaling), "Er zou een Sa'im (vastende persoon) kunnen zijn, die (slechts) alleen honger verwerft met zijn Siyam (vasten), en er zou een Qa'im (iemand die staat in het gebed gedurende de nacht) kunnen zijn, die (slechts) alleen Sahar (tot laat opblijven) verwerft met zijn Qiyam!" [Ibn Majah]. Wat echter werkelijk telt, is het kennen en praktiseren van de voorwaarden, die de acceptatie van Allaah, van de goede daden en verschillende daden van aanbidding, zullen verzekeren.



Er zijn twee essentïele voorwaarden, die beiden aanwezig moeten zijn in iedere verrichte goede handeling of daad, om zo de acceptatie van Allaah van deze (daden) te verzekeren. Ten eerste, een Moslim dient de goede daden die hij verricht, omwille van Allaah alléén te doen. Ten tweede, dient deze daad geheel in overeenstemming te zijn met wat Allaah heeft vastgesteld in Zijn boek en wat Zijn Boodschapper heeft bevolen in zijn Sunnah.

Wanneer een van deze twee voorwaarden afwezig is, in welke rechtgeaarde (goede) handeling of daad dan ook, dan is deze goede daad of handeling niet goed, noch wordt deze geaccepteerd, want Allaah zegt (in vertaling), "Wie dan hoopt op de ontmoeting met zijn Heer: laat hem goede daden verrichten, en laat hem bij de aanbidding van zijn Heer niet één deelgenoot toekennen." [Soerah al Kahf (18):110]

In deze Aayah heeft Allaah vastgesteld, dat iedere goede handeling of daad rechtgeaard dient te zijn, dus dat deze in overeenstemming met Zijn Religie moet zijn, en dat deze handeling of daad omwille van Hem alléén dient te zijn.

In zijn Tafsir (uitleg) van de Qur'aan, zei ibn Kathir, "dit zijn de twee voorwaarden die de acceptatie van iedere goede daad verzekeren: het dient te worden verricht omwille van Allaah alléén en in overeenstemming met de Sunnah van de Boodschapper van Allaah."
 
Top