Abu Rayaan
Junior Member
as-Salaamu 'alaykum wa rahmatullaah,
In de volgende woorden van Ibn Taymiyyah – rahimahullaah – waarin hij een Athar van Ibn 'Abbaas - radiyallaahu 'anhu - overlevert, zit een belangrijke boodschap voor degenen die de woorden van Jan en Alleman volgen, terwijl de authentieke Sunnah die het tegendeel bewijst tot hen is gekomen:
...De Profeet - salla Allaahu 'alayhi wassalaam - week af van hen en gebood de Metgezellen om hun gewijde staat van Ihraam met de Hajj te combineren of met de Hajj en de 'Umrah als zijnde een Hajj at-Tamattu'. Ibn 'Abbaas en 'Ali [ibn Abee Taalib] - radiyallaahu 'anhumaa - alsook een groep en Abu Musa volgden dit op en vaardigden allen de fatwah uit die [de Hajj at-Tamattu'] toelaat. Toen enkele mensen [religieuze] discussies aangingen, gingen zij ook in discussie met Ibn 'Abbaas en vroegen hem: "Jij vaardigt een fatwah die de Hajj at-Tamattu' toelaat, terwijl Abu Bakr en 'Umar [ibn al-Khattaab] de mensen geboden om alleen de Hajj al-Ifraad te verrichten (zonder 'Umrah)? Hoe kun je [van hun standpunt] afwijken?" Hierop zei Ibn 'Abbaas - radiyallaahu 'anhu - en hij was streng tegen ze: "Ik heb jullie een fatwah uitgevaardigd op basis van de Sunnah. De Sunnah is aan mijn zijde. Maar aan jullie zijde is de uitspraak van Abu Bakr en 'Umar. Het zal niet lang meer duren totdat er stenen op jullie zullen neerstorten vanuit de hemel, gezien ik zeg: 'De Boodschapper van Allaah zei', terwijl jullie daarop zeggen dat Abu Bakr en 'Umar zeiden?! Hoe kunnen jullie tegen de Sunnah ingaan met de uitspraak van Abu Bakr en 'Umar?!'' [1] Dus als er voor degene die tegen de Sunnah ingaat met de uitspraak van Abu Bakr en 'Umar gevreesd wordt dat stenen op hem zullen neerstorten vanuit de hemel, wat dan te zeggen over degene die tegen de Sunnah ingaat met de woorden van Jan en Alleman?!
Bron: جامع شيخ الإسلام ابن تيمية
Wassalam.
[1] De oorspronkelijke Athar is overgeleverd in de Musnad van Imaam Ahmad ibn Hanbal met de volgende bewoording:
Het is overgeleverd op gezag van Ibn 'Abbaas dat hij heeft gezegd: De Profeet - salla Allaahu 'alayhi wassalam - verrichtte Hajj at-Tamattu'. 'Urwah ibn az-Zubayr zei hierop: “Abu Bakr en 'Umar [ibn al-Khattaab] hebben de Hajj at-Tamattu' verboden.” Ibn 'Abbaas zei: “Wat zegt 'Urwah?” Hij antwoordde: “Abu Bakr en 'Umar [ibn al-Khattaab] hebben de Hajj at-Tamattu' verboden.” Daarop zei Ibn 'Abbaas: “Ik zie dat jullie vernietigd zullen worden! Ik zeg dat de Profeet - salla Allaahu 'alayhi wassalam - iets zei en jullie zeggen dat Abu Bakr en 'Umar dat hebben verboden?!”
In de volgende woorden van Ibn Taymiyyah – rahimahullaah – waarin hij een Athar van Ibn 'Abbaas - radiyallaahu 'anhu - overlevert, zit een belangrijke boodschap voor degenen die de woorden van Jan en Alleman volgen, terwijl de authentieke Sunnah die het tegendeel bewijst tot hen is gekomen:
فالنبي - صلى الله عليه وسلم - خالفهم، وأمر الصحابة أن يجعلوا إحرامهم بالحج أو بالحج والعمرة متمتعين، وأخذ بهذا ابن عباس وعلي -رضي الله عنهما-، وجماعة، وأبو موسى كانوا يفتون بالمتعة، ولما ناظر بعض الناس، ناظروا ابن عباس -رضي الله عنهما- وقالوا: أنت تفتي بالمتعة، وأبو بكر وعمر يفتون الناس بالإفراد -إفراد الحج- فكيف تخالف؟
فقال ابن عباس -رضي الله عنهما- وشد عليهم، وقال: أنا أفتيكم بالسنة، أنا معي السنة، وأنتم معكم قول أبي بكر وعمر، يوشك أن تنزل عليكم حجارة من السماء، أقول: قال رسول الله، وتقولون: قال أبو بكر وعمر؟ كيف تعارضون السنة بقول أبي بكر وعمر؟ فإذا كان الذي يعارض السنة بقول أبي بكر وعمر يُخشى أن تنزل عليه حجارة من السماء، فكيف بمن يعارض السنة بقول فلان وعلان؟
فقال ابن عباس -رضي الله عنهما- وشد عليهم، وقال: أنا أفتيكم بالسنة، أنا معي السنة، وأنتم معكم قول أبي بكر وعمر، يوشك أن تنزل عليكم حجارة من السماء، أقول: قال رسول الله، وتقولون: قال أبو بكر وعمر؟ كيف تعارضون السنة بقول أبي بكر وعمر؟ فإذا كان الذي يعارض السنة بقول أبي بكر وعمر يُخشى أن تنزل عليه حجارة من السماء، فكيف بمن يعارض السنة بقول فلان وعلان؟
...De Profeet - salla Allaahu 'alayhi wassalaam - week af van hen en gebood de Metgezellen om hun gewijde staat van Ihraam met de Hajj te combineren of met de Hajj en de 'Umrah als zijnde een Hajj at-Tamattu'. Ibn 'Abbaas en 'Ali [ibn Abee Taalib] - radiyallaahu 'anhumaa - alsook een groep en Abu Musa volgden dit op en vaardigden allen de fatwah uit die [de Hajj at-Tamattu'] toelaat. Toen enkele mensen [religieuze] discussies aangingen, gingen zij ook in discussie met Ibn 'Abbaas en vroegen hem: "Jij vaardigt een fatwah die de Hajj at-Tamattu' toelaat, terwijl Abu Bakr en 'Umar [ibn al-Khattaab] de mensen geboden om alleen de Hajj al-Ifraad te verrichten (zonder 'Umrah)? Hoe kun je [van hun standpunt] afwijken?" Hierop zei Ibn 'Abbaas - radiyallaahu 'anhu - en hij was streng tegen ze: "Ik heb jullie een fatwah uitgevaardigd op basis van de Sunnah. De Sunnah is aan mijn zijde. Maar aan jullie zijde is de uitspraak van Abu Bakr en 'Umar. Het zal niet lang meer duren totdat er stenen op jullie zullen neerstorten vanuit de hemel, gezien ik zeg: 'De Boodschapper van Allaah zei', terwijl jullie daarop zeggen dat Abu Bakr en 'Umar zeiden?! Hoe kunnen jullie tegen de Sunnah ingaan met de uitspraak van Abu Bakr en 'Umar?!'' [1] Dus als er voor degene die tegen de Sunnah ingaat met de uitspraak van Abu Bakr en 'Umar gevreesd wordt dat stenen op hem zullen neerstorten vanuit de hemel, wat dan te zeggen over degene die tegen de Sunnah ingaat met de woorden van Jan en Alleman?!
Bron: جامع شيخ الإسلام ابن تيمية
Wassalam.
[1] De oorspronkelijke Athar is overgeleverd in de Musnad van Imaam Ahmad ibn Hanbal met de volgende bewoording:
حَدَّثَنَا حَجَّاجٌ حَدَّثَنَا شَرِيكٌ عَنِ الْأَعْمَشِ عَنِ الْفُضَيْلِ بْنِ عَمْرٍو قَالَ أُرَاهُ عَنْ سَعِيدِ بْنِ جُبَيْرٍ عَنِ ابْنِ عَبَّاسٍ قَالَ تَمَتَّعَ النَّبِيُّ صَلَّى اللَّهُ عَلَيْهِ وَسَلَّمَ فَقَالَ عُرْوَةُ بْنُ الزُّبَيْرِ نَهَى أَبُو بَكْرٍ وَعُمَرُ عَنْ الْمُتْعَةِ فَقَالَ ابْنُ عَبَّاسٍ مَا يَقُولُ عُرَيَّةُ قَالَ يَقُولُ نَهَى أَبُو بَكْرٍ وَعُمَرُ عَنْ الْمُتْعَةِ فَقَالَ ابْنُ عَبَّاسٍ أُرَاهُمْ سَيَهْلِكُونَ أَقُولُ قَالَ النَّبِيُّ صَلَّى اللَّهُ عَلَيْهِ وَسَلَّمَ وَيَقُولُ نَهَى أَبُو بَكْرٍ وَعُمَرُ
Het is overgeleverd op gezag van Ibn 'Abbaas dat hij heeft gezegd: De Profeet - salla Allaahu 'alayhi wassalam - verrichtte Hajj at-Tamattu'. 'Urwah ibn az-Zubayr zei hierop: “Abu Bakr en 'Umar [ibn al-Khattaab] hebben de Hajj at-Tamattu' verboden.” Ibn 'Abbaas zei: “Wat zegt 'Urwah?” Hij antwoordde: “Abu Bakr en 'Umar [ibn al-Khattaab] hebben de Hajj at-Tamattu' verboden.” Daarop zei Ibn 'Abbaas: “Ik zie dat jullie vernietigd zullen worden! Ik zeg dat de Profeet - salla Allaahu 'alayhi wassalam - iets zei en jullie zeggen dat Abu Bakr en 'Umar dat hebben verboden?!”