Het naleven van Laylat al-Qadr
1. De Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) was gewend om zich tijdens de laatste tien dagen van de Ramadan hard in te spannen in aanbidding zoals hij dat in andere tijden nooit deed, door te bidden, Qur’an te lezen en du’a te verrichten. Al-Bukhari en Muslim hebben overgeleverd van ‘Aishah (radiAllahu ‘anha) dat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) ’s nachts opbleef wanneer de laatste tien dagen van de Ramadan aangebroken waren, en zijn familie wakker maakte en zich onthield van echtelijke verhoudingen. Ahmad en Muslim hebben overgeleverd dat hij zich in de laatste tien dagen van de Ramadan hard inspande, zoals hij dat in andere tijden nooit deed.
2. De Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) spoorde aan tot opblijven tijdens Laylat al-Qadr om te bidden vanuit geloof en in de hoop op een beloning. Het is overgeleverd van Abu Hurayrah (radiAllahu ‘anhu) dat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) gezegd heeft: “Degene die tijdens Laylat al-Qadr opblijft en bidt vanuit geloof en in de hoop op een beloning, zijn voorgaande zonden zullen worden vergeven.” [al-Bukhari 226; Muslim 1662] Deze hadith wijst erop dat het voorgeschreven is om Laylat al-Qadr na te leven door de nacht in gebed door te brengen.
3. Eén van de beste du’aa’s die tijdens Laylat al-Qadr gereciteerd kan worden, is datgene wat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) aan ‘Aisha (radiAllahu ‘anha) leerde. Al-Tirmidhi heeft overgeleverd, en de hadith als sahih geclassificeerd, dat ‘Aishah gezegd heeft: “Ik zei: ‘O Boodschapper van Allah, als ik weet welke nacht Laylat al-Qadr is, wat zou ik die nacht moeten zeggen?’ Hij zei: ‘Zeg: Allahumma innaka ‘afuwwun tuhibb al-‘afwa fa’affu ‘anni’ (O Allah, U bent vergevend en U houdt van vergeving, dus vergeef mij).”
4. Specificeren welke nacht van de Ramadan Laylat al-Qadr is, vereist specifiek bewijs, maar de oneven genummerde nachten zijn aannemelijker dan de andere nachten en de nacht van de zevenentwintigste is het meest waarschijnlijk Laylat al-Qadr omdat dit vermeld is in de ahadith. [Zie Muslim 1669]
5. Innovaties zijn niet toegestaan in de Ramadan of in andere tijden. Het is bewezen dat de Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) gezegd heeft: “Degene die iets in deze zaak van ons innoveert dat er geen onderdeel van uitmaakt, het zal afgewezen worden.” Volgens een andere overlevering: “Degene die een handeling verricht die geen onderdeel is van deze zaak van ons, het zal afgewezen worden.”
We kennen geen basis voor vieringen die gehouden worden tijdens sommige nachten van de Ramadan. De beste leiding is de leiding van Mohammed (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) en de slechtste zaken zijn degenen die geïnnoveerd zijn (bid’ah).
En Allah is de Bron van kracht.
1. De Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) was gewend om zich tijdens de laatste tien dagen van de Ramadan hard in te spannen in aanbidding zoals hij dat in andere tijden nooit deed, door te bidden, Qur’an te lezen en du’a te verrichten. Al-Bukhari en Muslim hebben overgeleverd van ‘Aishah (radiAllahu ‘anha) dat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) ’s nachts opbleef wanneer de laatste tien dagen van de Ramadan aangebroken waren, en zijn familie wakker maakte en zich onthield van echtelijke verhoudingen. Ahmad en Muslim hebben overgeleverd dat hij zich in de laatste tien dagen van de Ramadan hard inspande, zoals hij dat in andere tijden nooit deed.
2. De Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) spoorde aan tot opblijven tijdens Laylat al-Qadr om te bidden vanuit geloof en in de hoop op een beloning. Het is overgeleverd van Abu Hurayrah (radiAllahu ‘anhu) dat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) gezegd heeft: “Degene die tijdens Laylat al-Qadr opblijft en bidt vanuit geloof en in de hoop op een beloning, zijn voorgaande zonden zullen worden vergeven.” [al-Bukhari 226; Muslim 1662] Deze hadith wijst erop dat het voorgeschreven is om Laylat al-Qadr na te leven door de nacht in gebed door te brengen.
3. Eén van de beste du’aa’s die tijdens Laylat al-Qadr gereciteerd kan worden, is datgene wat de Profeet (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) aan ‘Aisha (radiAllahu ‘anha) leerde. Al-Tirmidhi heeft overgeleverd, en de hadith als sahih geclassificeerd, dat ‘Aishah gezegd heeft: “Ik zei: ‘O Boodschapper van Allah, als ik weet welke nacht Laylat al-Qadr is, wat zou ik die nacht moeten zeggen?’ Hij zei: ‘Zeg: Allahumma innaka ‘afuwwun tuhibb al-‘afwa fa’affu ‘anni’ (O Allah, U bent vergevend en U houdt van vergeving, dus vergeef mij).”
4. Specificeren welke nacht van de Ramadan Laylat al-Qadr is, vereist specifiek bewijs, maar de oneven genummerde nachten zijn aannemelijker dan de andere nachten en de nacht van de zevenentwintigste is het meest waarschijnlijk Laylat al-Qadr omdat dit vermeld is in de ahadith. [Zie Muslim 1669]
5. Innovaties zijn niet toegestaan in de Ramadan of in andere tijden. Het is bewezen dat de Boodschapper van Allah (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) gezegd heeft: “Degene die iets in deze zaak van ons innoveert dat er geen onderdeel van uitmaakt, het zal afgewezen worden.” Volgens een andere overlevering: “Degene die een handeling verricht die geen onderdeel is van deze zaak van ons, het zal afgewezen worden.”
We kennen geen basis voor vieringen die gehouden worden tijdens sommige nachten van de Ramadan. De beste leiding is de leiding van Mohammed (sallAllahu ‘alayhi wa salaam) en de slechtste zaken zijn degenen die geïnnoveerd zijn (bid’ah).
En Allah is de Bron van kracht.